Mazurië & Mazovië.reismee.nl

Proloog, een tweede deel

Proloog, het tweede deel. Er is wat meer te vertellen dan eerst werd bedacht.

Gierloz, Hitlers hoofdkwartier, het Hol van de Wolf, de Wolvenschans, Hitlers hoofdkwartier is één van meest trieste plaatsen in de regio maar trekt natuurlijk veel bezoekers. Het feit dat juist daar de beruchte mislukte aanslag op de dictator plaats vond eind 1944 [Von Staufenberg – de film Die Walkure] zal er wel iets mee te maken hebben. Het complex bestaat uit een tachtigtal gebouwen waaronder 50 bunkers. Het was een kleine stad op zichzelf met een eigen elektriciteitscentrale, een treinstation, een casino, een bioscoop en een vliegveld. Alles was omringd met prikkeldraad en mijnenvelden. Eind 1945, bij het naderen van de Russische troepen, bliezen de Duitsers het complex grotendeels op. Dit betekent dat je merendeels slechts ruïnes bezichtigt. De sfeer is wel zeer sinister. Deze locatie ligt niet helmaal op de route, maar afhankelijk van de tijd en het weer willen we toch hier een bezoek brengen.

Het zijn geen gezelligheids bezoeken die worden afgelegd als je een straf-, of vernietigingskamp bezoekt. Het beinvloed je humeur in sterke mate. Vooral indrukwekkend en ook leerzaam. Indrukwekkend waren vooral ook onze bezoeken aan Auschwitz en Birkenau in 1990 en 2003 en tussendoor ook Mauthauzen in Oostenrijk.

Bij de voorbereiding van deze reis kwam ik het verhaal tegen van de opzet en uitwerking van de vernietigingskampen die zijn gebouwd. Opnieuw maakt het weer zo’n indruk, dat ik het niet na mag laten het verhaal ook hier te plaatsen. Het is een verschrikkelijk, maar helaas wel een waar verhaal, dat niet genoeg verteld kan worden en eigenlijk nog steeds verteld MOET worden. Of we deze keer ook hier weer naar toe kunnen gaan, kunnen jullie later lezen.

een ware hel. In het gebied op de grens tussen Mazurië en Mazovië, ten noordoosten van de hoofdstad Warszawa [Warschau] ligt Treblinka.

Treblinka I werd in de zomer van 1941 operationeel. Het had een bezetting van zowel Polen als Joden. De meesten werden gedwongen tewerkgesteld in de steengroeve bij het kamp of op het station van Malkinia. Enkele gevangenen werkten in het kamp zelf , vrouwen werden tewerkgesteld op de kampboerderij.

In totaal konden 1000 à 1200 personen tegelijkertijd gevangen worden gehouden. De bezetting veranderde steeds doordat er gevangenen overleden als gevolg van het regime in het kamp, dat was gebaseerd op terreur en honger. Meer dan 20.000 personen werden geïnterneerd in het kamp, waarvan meer dan de helft dit niet overleefde. In 1944 werd het kamp ontmanteld om het oprukkende Rode Leger in het ongewisse te laten om wat zich hier had afgespeeld.

Nabij het Poolse dorp Treblinka werd in 1942 door de SS het vernietigingskamp Treblinka II gebouwd.

Eind 1941 raakten de nazi's ervan overtuigd dat er maar één Endlösung der Judenfrage was: totale vernietiging. Tot die tijd hadden de nazi's nog het idee om de Joden af te zonderen in aparte wijken of steden in Getto’s. Door de verovering van Oost-Europa kwamen er zoveel Joden bij dat afzondering niet meer als mogelijkheid werd gezien. Op 20 januari 1942 vond de Wannseeconferentie plaats, hier werd voor het eerst binnen de gelederen van de SS uitgesproken dat de Joden moesten worden vernietigd. Al snel gingen de nazi's over tot het bouwen van vernietigingskampen, waarvan Treblinka II er één was. In 1941 had men o.a. in Auschwitz geëxperimenteerd hoe men grote aantallen mensen in één keer kon ombrengen, daar waren gaskamers als meest geschikte oplossing uitgekomen.

De bouw van Treblinka II startte in mei 1942, het kamp was gereed voor gebruik in juli 1942. Joden uit Warschau en steden in de buurt en gevangenen uit Treblinka I werden ingezet bij de bouw en camouflage van het kamp. Anders dan Treblinka I was Treblinka II geen strafkamp maar een vernietigingskamp, uitsluitend gericht op het doden van gevangenen. De gevangenen die Treblinka bouwden, werden als eerste vergast omdat geen enkele gevangene mocht blijven leven die zou kunnen getuigen van of tegen de Holocaust.

De eerste kampcommandant was SS-Obersturmführer Eberl, een Oostenrijker die in het euthanasiecentrum Bernberg had gewerkt. In euthanasiecentra werden gehandicapten om het leven gebracht. Eberl had geen idee hoe hij een grootscheepse vernietiging als in Treblinka II moest aanpakken. Het liep al snel spaak: treinen met slachtoffers stonden dagen te wachten op het spoor, het kamp lag vol met rottende lijken. Hierdoor dreigde de operatie minder in het geheim te verlopen dan de Duitsers wensten, de omwonenden konden duidelijk de stank ruiken.

Eind 1942 gaf ene Stangl opdracht tot de bouw van een imitatiespoorwegstation. Levensechte perrons, loketten, een klok met geschilderde cijfers die steeds op 6 uur stonden, een café en allerlei overzichten met vertrektijden moesten de illusie wekken dat men op een écht station aankwam. Bedoeling van de SS was de nieuw aangekomen slachtoffers te laten geloven dat zij in een doorgangskamp waren aangekomen, dat moest hen rustig houden. Wat de aangekomenen niet wisten was dat er slechts één uitgang was, de 'dodenweg' naar de gaskamers. Verreweg de meeste gevangenen werden binnen twee uur na aankomst vergast.

Het kamp mat ca. 400 bij 600 meter en was in drie zones ingedeeld: het deel dat voor de bewaking en opslag van goederen in gebruik was, de ontvangstzone en het deel waar vernietiging plaatsvond. Binnen het kamp was een vierkant van 100 x 100 meter afgezet, hier verbleven de Joodse gevangenen die de SS moesten helpen met de vernietiging. Verder was het kamp verdeeld in het Lage Kamp: het woongedeelte voor Duitsers en bewakers. Het Lage Kamp kende luxewoningen, een dierentuin en een 'Biergarten'. Het andere deel - het Hoge Kamp of Totenlager- was het echte vernietigingskamp.

bijna alle sporen uitgewist

De inkomende transporten bestonden uit treinen met ca. 50-60 veewagons, waarin 6000 tot 7000 personen werden vervoerd. Bij aankomst werd de gevangenen meegedeeld dat ze in een doorgangskamp waren aangekomen, dat ze om hygiënische redenen moesten douchen en hun kleren moesten laten ontsmetten. Persoonlijke bezittingen en kostbaarheden konden tijdelijk in bewaring worden gegeven. Hierna werden ze de gaskamers binnengeleid en aldaar om het leven gebracht. De lijken werden verbrand.

Al in september 1942 hadden vele honderden duizenden Joden uit Warschau, Radom, Lublin het leven gelaten in kamp Treblinka. Na de winter van 1943 lag dit aantal al op ruim een miljoen, slachtoffers afkomstig uit het district Radom, Lublin, het Generalgouvernement, Bialystok en diverse plaatsen in andere landen.

Er waren diverse verzetsacties in het kamp, waaronder de moord op de SS'er Max Biala door Meir Berliner op 11 september 1942. In 1943 werd een verzetsgroep geformeerd, die er op 2 augustus in slaagde de wapenkamer te openen. Doordat enkele SS'ers besloten te gaan zwemmen zagen de opstandelingen hun kans schoon en openden het vuur op de kampbewakers. Een benzinestation ontplofte en houten barakken werden omgeblazen. Veel opstandelingen trachtten door de prikkeldraadversperringen te ontkomen maar de meesten werden door bewakers op de wachttorens neergeschoten. Slechts zestig van de opstandelingen overleefden de oorlog.

Nadat op 21 augustus 1943 de laatste slachtoffers waren vergast, werd het kamp ontmanteld en het terrein omgebouwd tot een boerderij. Een Oekraïense bewaker, Streibel, werd achtergelaten om de indruk te wekken dat er niets bijzonders was gebeurd en om te voorkomen dat de lokale bevolking aan de haal zou gaan met eventueel achtergelaten kostbaarheden. De laatst overgebleven Joodse gevangenen, die het kamp hadden moeten ontmantelen, werden overgebracht naar Sobibor. In november van datzelfde jaar was het kamp geheel ontmanteld. De SS'ers werden elders te werk gesteld, de meeste waren inmiddels in zeer goede doen doordat zij zich een groot deel van de bezittingen van de omgebrachte Joden hadden toegeëigend.

Huidige onderzoeken duiden er echter op dat het aantal slachtoffers wel eens te laag geschat zou kunnen zijn.

Na de oorlog zijn enkele opgepakte oorlogsmisdadigers werkzaam in Treblinka II opgehangen, nadat zij tot de doodstraf waren veroordeeld wegens misdaden tegen de mensheid.

Zoals gezegd, is het mogelijk dat we tijdens deze reis ook nog kunnen kennismaken met een bezoek aan Treblinka. Vanaf 10 mei 1964 is er een Nationaal Monument. Er is getracht om het kamp met graniet te doen herleven: waar de rails lagen, liggen nu granieten biels. Ook het hekwerk wordt uitgebeeld door graniet, evenals de wachttorens.

De plek waar eerst drie en later dertien gaskamers stonden is bebouwd met een gigantische zuil met daarop de menora. De kuil waarin de lijken werden gecremeerd is verbeeld met een materiaal dat het meest lijkt op gestold teer.

Op het overgebleven terrein is een symbolische begraafplaats verrezen met puntige stenen. In sommige stenen staan inscripties om belangrijke personen die hier vermoord zijn te gedenken of om de totale afgevoerde en vernietigde populatie van één stad te gedenken.

Komende vanaf het noorden passeer je eerst Malkinia Gora, voorheen een belangrijke doorgangsplaats voor de treintransporten. Verderop staat er op de hoofdweg in het dorp Treblinka een aanduiding Muzeum Walki Meczenstwa w Treblince, 4 km. Verderop komt men het dorp “Prostyn” tegen en nog verderop enkele betonblokken met de naam Treblinka en de lang verwachtte aanduiding naar Muzeum Walk i Meczenstwa Treblinka. Een moment van bezinning is op zijn plaats.

Voor nu een hartelijke groet, Jan

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!